Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Met dank aan Asscher

  •  
25-11-2014
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
67 keer bekeken
  •  
BNNVARA fallback image
Let op! Wordt geen slachtoffer van uitkeringsdiscriminatie
Als jij een tijdelijke arbeidsovereenkomst afsluit (korter dan twee jaar) en dus een aanzienlijk risico loopt om aan het einde daarvan voor kortere of langere tijd afhankelijk te worden van een uitkering op basis van de Werkloosheidswet of eventueel de Ziektewet, accepteer dan in geen geval onderdelen in jouw loon met een opbouwkarakter, maar eis elke maand boter bij de vis.
Geen ploegentoeslag aanvaarden die eens per drie maanden wordt uitbetaald. Niet verkneukeld zijn met een 13de maand, een eindejaarsuitkering of een bindingstoelage eens per jaar, maar in plaats daarvan gewoon een hoger regulier maandloon bedingen. Anders bestaat er een grote kans dat jij na de beëindiging van jouw contract niet terugvalt naar 70 procent maar naar 60 procent van jouw laatstverdiende loon en dat jij daarbij slachtoffer wordt van uitkeringsdiscriminatie.
Dat zit zo. Voor wie recht heeft op een uitkering krachtens een werknemersverzekering stelt uitvoeringsorganisatie UWV eerst het dagloon vast om daarop de hoogte van de uitkering te baseren. Bijna niemand weet het, maar vanaf 1 juni 2013 wordt op instigatie van minister Asscher door het UWV voor de berekening van het dagloon alleen nog loon meegeteld dat werkelijk is uitbetaald in het jaar (of, indien korter dan 1 jaar, in de periode) dat eindigt op de laatste dag van de tweede maand voorafgaand aan de maand waarin men werkloos of ziek is geworden (= refertejaar of referteperiode). Voorbeeld. Je wordt werkloos of ziek per 1 december? Meegeteld worden, naast de reguliere maandlonen, uitsluitend de tot en met 31 oktober werkelijk uitbetaalde opbouwonderdelen. Slechts voor het vakantiegeld wordt in de regelgeving een uitzondering gemaakt. Die 8 procent wordt altijd meegeteld, wel of niet uitbetaald. 
Vóór 1 juni 2013 werd al het opgebouwde loon nog volledig meegeteld bij de vaststelling van het dagloon. Dat was natuurlijk volkomen terecht, omdat iemands in het refertejaar opgebouwde maar nog niet uitbetaalde loon wel degelijk onderdeel is van zijn sociale verzekeringsloon, de grondslag waarover belastingen en premies worden ingehouden. Datzelfde loon dan niet meetellen bij de berekening van een loonafhankelijke uitkering is natuurlijk pure diefstal.         
Voor werknemers die al langer dan twee jaar in dienst waren bij hun werkgever maakt deze wijziging in de regelgeving geen verschil. Zij hebben tijdens het laatste (referte)jaar van hun dienstverband waarschijnlijk alle opbouwonderdelen al een keer uitbetaald gekregen en ondervinden dus bijna geen nadeel bij de nieuwe berekening van hun dagloon.
Echter in deze tijd van toenemende gedwongen flexibiliteit op de arbeidsmarkt, een toenemend aantal tijdelijke arbeidscontracten en dus een toenemend aantal werknemers dat in de perioden tussen verschillende arbeidscontracten kortere of langere tijd werkloos is of daarin ziek wordt, zal in een toenemend aantal gevallen in de laatste maand van of zelfs na afloop van de arbeidsovereenkomst maar zeker niet minimaal een maand daarvoor, opgebouwd loon worden uitbetaald dat het UWV niet langer meetelt bij de berekening van het dagloon. Deze wetswijziging van Asscher (PvdA) betekent dus dat eerlijk en geheel in overeenstemming met het arbeidscontract opgebouwd maar pas achteraf uitbetaald loon voor de vaststelling van de hoogte van een uitkering wordt verduisterd. Een jaarcontract tot 1 december impliceert dat de van januari tot en met november opgebouwde en in november uitbetaalde partiële eindejaarsuitkering voor het UWV niet meetelt bij de berekening van een uitkering. Het gevolg hiervan kan zijn dat iemand zomaar tot 10 procent van zijn uitkering misloopt; geen 70 procent maar 60 procent van zijn laatstverdiende loon ontvangt van het UWV. Geen € 1.500,- maar € 1.350,- krijgt en derhalve € 1.800,- netto op jaarbasis op zijn buik kan schrijven.
En dan durft Asscher in de Nota van Toelichting bij zijn Dagloonbesluit werknemersverzekeringen ook nog spijkerhard te beweren dat loon waar de werknemer wel recht op heeft maar dat niet wordt uitbetaald (in het refertejaar), geen negatieve invloed heeft op het dagloon (en dus de uitkering) van de werknemer. Een aperte leugen. 
Het is dus zaak voor een werknemer om dergelijke opbouwonderdelen in een (collectieve) arbeidsovereenkomst onder geen beding nog langer te accepteren, maar maandelijkse uitbetaling ervan te eisen, om bij het beëindigen en niet verlengen van de overeenkomst niet helemaal de schlemiel te zijn. 
Werknemers met bruto € 55.000,- en meer per jaar worden hierdoor overigens niet geraakt, want voor hen geldt het maximale dagloon. Het is weer Jan Modaal die het gelag betaalt.
En dat is nog niet alles. Deze wetswijziging is ook nog eens hoogst discriminerend. Voorbeeld. Wanneer Lodewijk per 1 januari wordt ontslagen en zijn onder identieke arbeidsvoorwaarden werkende collega Diederik per 1 februari, telt voor Diederik de in december aan beiden uitbetaalde 13de maand wel volledig mee bij de dagloonberekening en voor Lodewijk helemaal niet, hetgeen resulteert in een voor Lodewijk 8 procent lagere uitkering dan voor Diederik. Volstrekte willekeur.

Meer over:

politiek, opinie
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.